Natuurbeheer in Glabbeek aan de Zeyp: zaterdag 31 januari
Op een smalle ‘bosgang’, die enkele jaren geleden centraal in deze aanplant gemaakt werd, verschenen reeds enkele zeer goede kensoorten van borstelgrasland (een zeer zeldzaam en Habitatrichtlijnwaardig vegetatietype) nl. veel tandjesgras en tormentil. Op deze plaats groeit ook veel pilzegge en een beetje pijpestro, reukgras en veelbloemige veldbies. Hogerop de helling zijn nattere delen met oa veel wederik, veel ijle zegge, kattestaart, moerasrolklaver en veel moeraswalstro. Er zijn oude waarnemingen van struikheide en dopheide. Deze 2 soorten kunnen lang in de zaadbank aanwezig zijn en behoren tesamen met een reeks zeldzame zeggesoorten tot de te verwachten soorten na het omvormingsbeheer van het volledige perceel. |
<klik op foto om uit te vergroten> |
Deze winter gaan we alleszins al starten met het openmaken van een centraal deel dat zo voedselarm is dat de populieren er dunner zijn dan de berkenopslag. Op deze zone zijn de verwachtingen het hoogst en dit deel kan ook best gevrijwaard blijven tijdens de ontginning van de populieren, mogelijk volgende winter. Al het hout en het grootste deel van het strooisel moet zo goed mogelijk verwijderd worden zodat de kolonisatie van plantensoorten probleemloos kan verlopen. Indien er veel strooisel blijft liggen overwoekeren bramen al gauw en worden de kritische heischrale soorten weggeconcurreerd
Robin Guelinckx